De oorsprong van het merinoschaap ligt bij een kleine Berberstam uit Noord-Afrika. Aan de Moren is het succes van dit dier te danken. Toen zij in Spanje heersten hebben zij de ‘Mesta’ opgericht. Een soort gilde van schapenboeren die het fokken van schapen in goede banen moesten leiden. De Spanjaarden kruisten deze met Spaanse schapen, wat uiteindelijk geresulteerd heeft in het nu bekende schapenras. In de middeleeuwen werd het merinosschaap als exclusief Spaans gezien en werd het cadeau gedaan aan hooggeplaatste gasten.

In 1519 namen Spaanse troepen de merinosschapen voor het eerst mee de landsgrenzen over. Vanaf die tijd werden steeds meer schapen geëxporteerd. De laatste honderd jaar is dit ras vooral verder ontwikkeld in Australië en Nieuw-Zeeland. In Nederland wordt het dier door Wolboerderij Blij Bezuiden gehouden sinds 2004. De kudde is in die tijd gegroeid van 4 naar 80 volwassen en gezonde dieren. Alle wol gebruiken we voor de Dutch Merino kledingcollectie.

Het Merinoschaap is een sterk en sober dier. Ze heeft alleen gras, hooi en water nodig voor een mooie vacht. Ze past zich goed aan in verschillende klimaten en omstandigheden, dus ook aan het wisselvallige weer in Nederland. Ze is zeer sterk in het vinden van voedsel en dat maakt haar bijzonder geschikt voor beweiding op schrale zondgrond, zoals onze grond.

Met het veranderende klimaat gaat het in ons land steeds meer aanvoelen als midden Frankrijk, droger en warmer. Laat dit het weertype zijn waarbij ons merinoschaap floreert!